Wetboek van Strafvordering
Artikel 63
[1.] De rechter-commissaris kan, op de vordering van den officier van justitie, een bevel tot bewaring van den verdachte verleenen. De officier van justitie geeft van de vordering onverwijld mondeling of schriftelijk kennis aan de raadsman.
[2.] Indien de rechter-commissaris reeds aanstonds van oordeel is dat voor het verleenen van zoodanig bevel geen grond bestaat, wijst hij de vordering af.
[3.] In het andere geval hoort hij, tenzij het voorafgaand verhoor van den verdachte niet kan worden afgewacht, alvorens te beslissen, dezen omtrent de vordering van den officier van justitie en kan hij te dien einde, zoo noodig onder bijvoeging van een bevel tot medebrenging, diens dagvaarding gelasten.
[4.] De verdachte is bevoegd zich bij het verhoor door een raadsman te doen bijstaan. De raadsman wordt bij het verhoor in de gelegenheid gesteld de nodige opmerkingen te maken.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN BC4187, Eerste aanleg - meervoudig, 801344-06
Rechtsoort
Straf
Datum uitspraak
11-02-2008
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Eerste aanleg - meervoudig
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Rechtbank Bredaart. 243 Sr: gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens en kenbaarheid daarvan.